Bron http://www.jacobs-ocplan.nl  

OC-plan aanbrengen

OC-plan kan op de volgende manieren worden aangebracht:
Los leggen met ballast. Los leggen en mechanisch bevestigen Direkt met bitumenen op de ondergrond verlijmen
 

Naadoverlappen

De naadoverlappen van de banen worden met het lucht van circa 600°C door middel van een handföhn of lasautomaat homogeen aaneengelast.

Los leggen met ballast.  
Om met de minste moeite het beste resultaat te krijgen, zijn bij het aanbrengen de deze richtlijnen en punten van groot belang. Het volgen van deze richtlijnen garandeert een goed resultaat.

De aaneengelast banen los leggen en met grind of tegels belasten. Hierbij kunnen ook voorgelaste vlakken worden verwerkt. De vlakken kunnen per objekt worden afgestemd. De maximum afmetingen van de voorgelaste vlakken worden bepaald door de mogelijkheden van transpot en de hanteerbaarheid. Een vlak van 100 m²  met een maximale breedte van 6 meter is goed te verwerken.

Belangrijk

Om ten alle tijden een optimale dakrandafwerking te krijgen, de volgende werkwijze aanhouden:

De dakbanen in het dakvlak vòòr het opgaand werk mechanisch bevestigen, zoals bij dakranden, gevels, lichtkoepels, lichtstraten enz.. Beslist ook onder de dakplaten van door- en afvoeren mechanisch bevestigen. Op beton en gasbeton, alsmede multiplex met PUR schuim, hiervoor 4 bevestigers per meter gebruiken met schijven van 50 mm diameter. Direkt op hout kan worden volstaan met 10 asfaltnagels per meter.

Mechanisch bevestigen.  

Om met de minste moeite het beste resultaat te krijgen, zijn bij het aanbrengen de deze richtlijnen en punten van groot belang. Het volgen van deze richtlijnen garandeert een goed resultaat.

Dit is het bij uitstek geschikte systeem voor geprofileerde staal - en gasbetondaken.

Naast de snelle manier van aanbrengen is een bijkomend voordeel het lage gewicht van de dakopbouw (2½ kg/m²) en het feit dat deze beloopbaar en onderhoudsvrij is. Ook het niet gebruiken van open vuur wordt door veel opdrachtgevers en verwerkers als zeer positief ervaren.

De OC-plan wordt aan de stelkant met rechthoekige stalen verzinkte plaatjes door de isolatie heen met zelfborende en -tappende schroeven aan het dak bevestigd.

De volgende baan overlapt de plaatjes en wordt met hete lucht homogeen aaneengelast.

Als regel worden er 4 plaatjes per strekkende meter gebruikt.

Deze stormvaste verankering geeft volledige bewegingsvrijheid aan de dakopbouw, zodat scheurvorming door rek of krimp van het isolatiemateriaal of de werking van het staal- of gasbetondak wordt verkomen

Om optimale stabiliteit te verkrijgen, verdient het aanbeveling om, indien de dakvloer het toelaat, met zo kort mogelijke rollengten te werken.

Belangrijk

Om ten alle tijden een optimale dakrandafwerking te krijgen, de volgende werkwijze aanhouden:

De dakbanen in het dakvlak vòòr het opgaand werk mechanisch bevestigen, zoals bij dakranden, gevels, lichtkoepels, lichtstraten enz.. Beslist ook onder de dakplaten van door- en afvoeren mechanisch bevestigen. Op beton en gasbeton, alsmede multiplex met PUR schuim, hiervoor 4 bevestigers per meter gebruiken met schijven van 50 mm diameter. Direkt op hout kan worden volstaan met 10 asfaltnagels per meter.

Direkt in warme bitumen (of eventueel met bitumeuze lijm) op de ondergrond verkleven.  

Om met de minste moeite het beste resultaat te krijgen, zijn bij het aanbrengen de deze richtlijnen en punten van groot belang. Het volgen van deze richtlijnen garandeert een goed resultaat.

Als OC-plan 4100 met bitumen 110/30 wordt aangebracht, dan gelden de richtlijnen voor bitumineuze bedekking voor wat betreft hechtgrond, de bitumen en het gebruik hiervan.

Bij het leggen van OC-plan wordt de baan op de gebruikelijke manier uitgerold, aan de overlap gericht en rechtgetrokken. Door het galsvlies aan de onderzijde blijven de banen OC-plan 4100 goed recht uitlopen, zodat banen van 20 meter in 2 maal 10 meter kunnen worden gelegd.

Bij deze methode dient men te vermijden dat er bitumen in de overlapping komt. Veiligheidshalve moet men met de bitumen op ongeveer 5 cm afstand van de reeds geplakte baan blijven.

De verwerkingstemperatuur van bitumen moet tussen de 180 en 230º C liggen. Dit is zeer belangrijk voor een goede hechting. Het is echter een feit, dat bij een bitumentemperatuur boven 200º C de oppervlaktestruktuur van OC-plan 4100 kan verdwijnen en dat de folie daardoor glad wordt. De eigenschappen van de folie veranderen echter niet.

In één arbeidsgang met een koude bitumeuze lijm verkleven.

OC-plan 4100 in één laag op gladde en schone dakvloeren zoals spaanplaat, multiplex of multiplex PUR-plaat, gasbeton enz. worden aangebracht.

Op bestaande bedekkingen stof en vuil zo goed mogelijk verwijderen en vervolgens de oude bedekking met een bitumen-oplossing behandelen. Verbruik 0,75kg/m²

De dakbanen uitrollen, richten, straktrekken en terugrollen.

In de lengterichting van de baan 3 strepen lijm van minimaal 4 cm breed op ene dusdanige wijze aanbrengen dat een ononderbroken verbinding tussen dakvloer en dakbaan ontstaat. Het 4 cm brede lijmspoor wordt bij aandrukken van de dakrol 6 cm breed.

Naden of scheuren in een dakvloer of van het isolatiemateriaal kunnen door bewegingen de levensduur van de dakbedekking verkorten. Om dir te voorkomen: alle naden vrijhouden van kleefstof.

Als er goed wordt gelijmd zal men bij het terugrollen van een klein gedeelte van de rol, de hechting en het verbruik kunnen controleren. Een gemiddeld verbruik bij het aanhouden van deze richtlijnen is 300 - 350 gr/m².

Het belangrijkste voordeel van dit systeem is de hoge dagproduktie en de afwezigheid van open vuur.

De volgende punten zijn ook van belang:

  • Bij buitentemperaturen lager dan 5ºC mag volgens richtlijnen van de lijmfabrikant niet worden gewerkt.
  • Om stabiliteit in de dakopbouw te krijgen mag slecht één laag met koude bitumeuze lijm worden aangebracht. Andere lagen moeten mechanisch, met warme bitumen of met PUR lijm worden uitgevoerd.

Belangrijk

Om ten alle tijden een optimale dakrandafwerking te krijgen, de volgende werkwijze aanhouden:

De dakbanen in het dakvlak vòòr het opgaand werk mechanisch bevestigen, zoals bij dakranden, gevels, lichtkoepels, lichtstraten enz.. Beslist ook onder de dakplaten van door- en afvoeren mechanisch bevestigen. Op beton en gasbeton, alsmede multiplex met PUR schuim, hiervoor 4 bevestigers per meter gebruiken met schijven van 50 mm diameter. Direkt op hout kan worden volstaan met 10 asfaltnagels per meter.